Menu
Ons inheemse zachthout is van nature niet erg duurzaam.
20 jaar geleden kon men rekenen op een levensduur van 2-3 jaar voor onbehandeld hout. Sinds de grote gezondheidscrisis veroorzaakt door de schorskever (letterzetter), die rond 2020 in West-Europa opdook, en als gevolg van de klimaatopwarming, hebben we helaas een aanzienlijke achteruitgang gezien in de kwaliteit van hout, zelfs van gezond hout. Als gevolg hiervan is de verwachte levensduur verder verkort.
Om de levensduur te verlengen, wordt het (natuurlijk of industrieel in droogovens) gedroogd hout onder druk geïmpregneerd in een autoclaaf.
Een autoclaaf is een hermetisch afgesloten tank waarin rond of gezaagd hout wordt geplaatst gedurende een cyclus met een variabele duur die afhangt van de staat en het soort hout dat moet worden geïmpregneerd, alsook afhankelijk van het gewenste resultaat.
De druk verschillen ten opzichte van het vacuüm wordt het houtbeschermingsmiddel in het hout geïnjecteerd en vult het een deel van de cellen, waardoor het hout wordt beschermd tegen schimmels, zwammen en aantasting door insecten.
De houtsoort die nog steeds domineert in de zachthoutbossen van de Ardennen is de fijnspar. Historisch gezien was deze boom het meest aangepast aan de hoogteligging. In de Condroz of Haspengouw deed hij het bijvoorbeeld minder goed. Daarom werden deze laatste streken uiteindelijk als landbouwgrond en voorbestemd werden de Ardennen bebost.
20 jaar geleden begonnen de bosbouwers zich te concentreren op andere boom soorten, maar de belangrijkste bleven de fijnspar en de douglasspar. Beide zijn bestand tegen impregnatie, in tegenstelling tot de den die het product opzuigt als een spons.
